Het komt geregeld voor dat een werknemer aan het einde van zijn of haar dienstverband vakantiedagen heeft opgebouwd, maar niet genoten. Dit speelt vooral nu een rol aangezien het merendeel van de werknemers de afgelopen tijd minder op vakantie is geweest vanwege Covid.
Het is belangrijk om te beseffen dat in de wet staat dat niet opgenomen wettelijke vakantiedagen een half jaar na het kalenderjaar waarin werknemer deze heeft opgebouwd, vervallen (artikel 7:640a BW). Wettelijke vakantiedagen die een werknemer bijvoorbeeld in 2020 heeft opgebouwd, vervallen op 1 juli 2021. Wettelijke vakantiedagen in 2021 opgebouwd, vervallen op 1 juli 2022.
Maar hoe zit het dan met wettelijke vakantiedagen waar werkgever zich bij het einde van het dienstverband beroept op de vervaltermijn, terwijl hij dat gedurende het dienstverband nooit deed? Daar ging een recente uitspraak over.
In een recente uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland van 4 mei 2021 gaat het om een werknemer die van 2 januari 2017 tot 1 februari 2020 in dienst is geweest bij werkgever. Werknemer vordert na afloop van het dienstverband onder andere uitbetaling van de niet-opgenomen vakantiedagen. Werkgever voert als verweer dat de wettelijke vakantiedagen over 2017, 2018 en 2019 zijn vervallen. Werkgever doet hiermee een beroep op de vervaltermijn van zes maanden voor de in een kalenderjaar opgebouwde wettelijke vakantiedagen op grond van artikel 7:640a BW. Werknemer stelt daarentegen dat hij de jaarlijks opgebouwde vakantiedagen niet allemaal kon opnemen vanwege de hoge werkdruk bij werkgever. Tijdens de zitting heeft werkgever nog medegedeeld dat na afloop van het kalenderjaar de opgebouwde, niet genoten, vakantiedagen, altijd werden meegenomen naar het nieuwe kalenderjaar. Werkgever heeft werknemer na afloop van een kalenderjaar niet gevraagd om de van het vorige kalenderjaar meegenomen vakantiedagen binnen een half jaar op te nemen. Nu werkgever zelf niet eerder is uitgegaan van een vervaltermijn voor de wettelijke vakantiedagen en zij in de praktijk toestond dat verlofuren werden meegenomen naar het nieuwe jaar zonder te verlangen dat die binnen 6 maanden moesten zijn opgenomen is de kantonrechter van oordeel dat deze vervaltermijn werknemer niet kan worden tegengeworpen. Voorgaande betekent dat werknemer volgens de kantonrechter recht heeft op uitbetaling van de vakantiedagen.
Wees dus altijd bedacht op het verval van de wettelijke vakantiedagen en zorg ook dat er een duidelijk beleid wordt gevoerd: indien het beleid is binnen de organisatie dat de wettelijke, niet genoten, vakantiedagen, altijd worden meegenomen naar het nieuwe kalenderjaar, dan kan niet in eens gezegd worden bij het einde van de dienstverband dat de wettelijke dagen toch zijn vervallen.
Vragen over hoe het zit met het vervallen van wettelijke vakantiedagen en hoe het zit met bovenwettelijke vakantiedagen? Neem dan contact op met mij.
Auteur: Nienke van der Linden
Bron uitspraak: Rechtbank Midden-Nederland, 4 mei 2021, ECLI:NL:RBMNE:2021:1783