datum: 25 juni 2017, update: 30 juni 2017
Voorspelbaarheid en rechtszekerheid waren belangrijke argumenten voor minister Asscher om de Wwz in te voeren. Helaas blijkt in de praktijk dat de voorspelbaarheid en de rechtszekerheid sedert de inwerkingtreding van de Wwz ver te zoeken zijn omdat nieuwe begrippen zonder eenduidige of nadere toelichting in de wet zijn geïntroduceerd. Zo breken rechters, advocaten en rechtzoekenden sedertdien hun hoofd over de bedoeling van de wetgever bij de uitleg van nieuwe wettelijke bepalingen. In een op 26 juni 2017 gepubliceerde conclusie roept Advocaat-Generaal De Bock de Hoge Raad op de voorspelbaarheid en rechtszekerheid te vergroten door handvatten aan te reiken aan de hand waarvan de hoogte van het in artikel 7:681 BW genoemde begrip “billijke vergoeding” kan worden bepaald.
Naar de mening van de AG zou het volgende houvast kunnen worden gegeven:
Voorts stelt de AG dat het van belang is dat de rechter in zijn beslissing verantwoording aflegt over de wijze waarop de billijke vergoeding is begroot, zij het dat het uiteindelijk gaat om een vergoeding ‘naar billijkheid’.
Tot slot stelt de AG de vraag of de billijke vergoeding moet worden berekend op de voet van de algemene regels van Boek 6 BW en geeft daarbij aan ernaar te neigen die vraag bevestigend te beantwoorden. De AG motiveert dit door op te merken dat het woord ‘schadevergoeding’ weliswaar niet voorkomt in de wettekst, maar voegt daaraan toe dat wanneer het gaat om ‘het bieden van compensatie voor de werknemer’, waarbij ook de gevolgen voor de werknemer kunnen worden meegewogen, er weinig verschil meer is met een schadebegroting op de voet van art. 6:97 BW. Daarin is immers bepaald dat de rechter de schade kan begroten op de wijze die het meest met de aard ervan in overeenstemming is, en waarbij de schade ook geschat kan worden.
Het is nu afwachten of de Hoge Raad binnenkort gehoor zal geven aan de oproep van de AG en zal doen wat de wetgever in de Wwz heeft nagelaten.
Bron: Parket bij de Hoge Raad 21 april 2017 (conclusie AG)
Auteur: Bas Westerhout
Update: op 30 juni 2017 heeft de Hoge Raad geoordeeld dat de billijke vergoeding geen specifiek punitief karakter heeft. De gevolgen van het ontslag voor de werknemer zijn relevant bij de vaststelling van de billijke vergoeding. Lees verder (link)